China

Slippartijen

Jammer dat we alweer doormoeten. Dunhuang is namelijk erg leuk. De zandduinen en de Mogao grotten hebben een enorme indruk op ons gemaakt. Om terug op de grote weg richting Beijing te komen moeten we eerst 130 kilometer over een hobbelige weg rijden. Onderweg spot Jason nog drie antilopes die prachtig door de woestijn springen. Vervolgens rijden we door een kleine zandstorm. Gelukkig zijn we niet in de door Jason voorspelde enorme zandstorm terechtgekomen maar zijn we na een paar kilometer alweer stofvrij. We hadden alleen niet verwacht dat we in een andere storm terecht zouden komen. Ineens slaat het weer om en begint het te sneeuwen. Doordat de bus in de afgelopen maanden nogal wat klappen heeft opgelopen is het binnen niet meer echt ¡®windvrij¡¯. De gure koude vrieswind stroomt via alle gaten en kieren naar binnen. De Webasto kachel draait op volle toeren maar de tochtgaten laten zoveel wind door dat het alsnog bijna niet te harden is.

Iedere kilometer dat we verder zijn lijkt het meer en meer alsof de weg verandert in een grote ijsbaan. Iedereen rijdt langzaam over de steeds gladdere weg. Dan zien we het eerste slachtoffer. Een auto is geslipt en is daardoor van de weg afgegleden. De man ziet er verkleumd uit. Iets verder staat ook een vrachtwagen achterstevoren in de berm. De weg is op dit punt helemaal bedekt met een dikke laag ijs van zo¡¯n 10 centimeter. We rijden heel langzaam verder over de enorme spiegel van ijs. Het is niet handig om te stoppen want dat komen we niet meer weg. Iets verder raken we met het achterwiel een berg sneeuw. We raken meteen in de slip. De achterkant van de bus schuift opzij. Gelukkig heeft Michel vaker op glad ijs gereden en weet hij de bus binnen no-time weer recht op de weg te krijgen. We zeggen alledrie niets maar je kunt de harten horen bonken.

Vijftig kilometer verder is de weg geblokkeerd door twee vrachtwagens die in de slip zijn geraakt. Iedereen gaat van de weg af dus ook wij volgen. We komen terecht op een zanderig terrein waar geen duidelijke weg te vinden is. Ook hier zitten vrachtwagens vast. Iedereen rijdt maar via zijn eigen gekozen pad. Het mulle zand maakt het moeilijk rijden en het duurt even om weer richting de gewone weg op te komen. Na zo¡¯n 50 kilometer zwoegen over glad ijs of zanderige vlaktes komen we eindelijk bij een schoongemaakt stuk wegdek. We kunnen eindelijk weer gewoon rijden. Michel juicht keihard dat we het hebben gehaald, Elles vindt dat maar niets en moet eerst even op adem komen van de afgelopen kilometers, Jason heeft wel eens betere wegen gezien.

Michel: ik was alleen maar druk met het goed op de weg houden van de bus. We hadden gehoord dat de weg naar Beijing vanaf nu in goede conditie zou zijn. Erg belangrijk om ook die laatste kilometers met het oldtimertje te kunnen afleggen. Met een ding hadden we even geen rekening gehouden..: het weer! Het leek alsof we dwars door Siberië reden, ook al zijn we daar nog nooit geweest. Het zullen de laatste loodjes wel zijn¡­…

Elles: Ik vond het drie keer niets. Wat een rot stuk. Mijn hart zit nog in mijn keel.

Jason: I am okay……I¡¯ve seen better roads.

Maar Michel heeft toch iets te vroeg gelachen. Nog geen 25 kilometer verder is het asfalt weer bedekt met een dikke laag ijs. Deze keer rijden we nog langzamer. Iedere kilometer zien we wel een bus of vrachtwagen met pech staan. Een man is druk bezig met het maken van een vuurtje onder zijn dieseltank (?) om de bevroren diesel te smelten zodat hij weer kan starten (don¡¯t try this at home). Het is echt afzien. Een auto komt hard langsrijden. Zodra we elkaar er op hebben gewezen hoe onhandig hard die man aan het rijden is zien we hem vol in de slip schieten en in de berm belanden.

We komen aan het begin van de avond aan in Jiauguan. We zijn alledrie helemaal kapot. De hoteleigenaren trekken zich niets aan van drie bleke verkleumde reizigers want bij het ene hotel na het andere krijgen we te horen dat er geen toeristen toegelaten mogen worden (..in een hotel #%*%^$#(@*&^*). Er kan geen glimlach vanaf. Bij ons ondertussen ook niet meer. We checken in bij een te duur hotel omdat we gewoon niets anders kunnen vinden. We vinden het ook wel mooi geweest voor vandaag. Na zo¡¯t rit verdienen we gewoon een goed bed op een schone kamer.