China

Het eindpunt van de Chinese muur

Michel: Mijn god… we gaan het niet redden!!

Elles: Mmmmmh ¡­ wat gebeurt er?

Michel: Eeeuuhhh sorry .. ik had een nachtmerrie, denk ik.. ga maar weer lekker slapen.

Elles: pas op voor die auto?

Michel: Mmmmh welke auto.. is er soms iemand op de kamer?

Elles: Eeeuuhhh sorry.. nu was ik aan het dromen.. laat maar..

Je kunt wel begrijpen dat we niet echt lekker uitgerust wakker worden. We hebben weer een drukke nacht achter de rug maar ook een druk schema voor de boeg. Een bezoek aan het einde van de Chinese muur en een rit naar Zangye staan op het lijstje. Eerst moet er nog geld gehaald worden bij de bank en willen we sneeuwkettingen regelen. Dat is moeilijker dan we denken. Maar 1 bank in de stad regelt creditcard gelduitgiften en het duurt even voordat we de juiste vestiging gevonden hebben. Als we dan eindelijk de ¡°Bank of China¡± hebben gevonden komen we weer eens voor een grof staaltje Chinese klantvriendelijkheid te staan. De mobiele telefoon gaat net als we de creditcard laten zien en uiteraard is het telefoontje belangrijker dan de klant. Ik help jullie wordt ons toegeschreeuwd en dan wordt het loket gesloten. Klant is koning hier in China… Gelukkig weten we uiteindelijk een pinautomaat te vinden (de eerste die werkt in West-China) en kunnen we op zoek naar sneeuwkettingen. Die zijn in de hele stad niet te verkrijgen. Vreemd als je denkt dat het de hele winter hier enorm vriest en nog harder sneeuwt. Maar misschien geven ze hier niet om een deuk of ongeluk meer of minder. Wij rijden of beter gezegd glijden in ieder geval gespannen door de stad.

Gelukkig weten het Jiayu fort veilig te bereiken. Het fort markeert het einde van de 5500 kilometer lange Chinese muur. Het is een indrukwekkend fort dat uitkijk biedt over de woestijn. De meeste onderdelen zijn volledig gerenoveerd maar dat doet niet af aan het geheel. We beklimmen de muren en kijken vanuit een wachttoren uit over de woestijn. We beelden ons als snel in hoe het geweest moet zijn: passerende zijdekaravanen op weg naar Peking, enorme veldslagen en mannen met pijl en boog op de torens. Als we bij een van de torens een pijl een boog zien kunnen we het niet laten om ons even terug in de tijd te wanen. Onder aan de muur staan twee stropoppen opgesteld en voor 1 yuan per pijl mogen we schieten. Als twee volleerd schutters raken we beide de niets vermoedende stromannen.

We lopen nog een tijdje rond en vergeten de tijd compleet. Als we een groepje Duitsers ontmoeten, die als architecten in Beijing werken en ons bij aankomst in de hoofdstad uitnodigen om een hapje te eten, realiseren we ons dat we nog een stuk moeten rijden.

Het ijs en de sneeuw op de wegen is wonder boven wonder grotendeels ontdooid als we tegen het middaguur wegrijden uit Jiayuguan. We hebben een fikse rit voor de boeg. Met de kachel op tien en goed aangekleed zijn we klaar voor het ergste. We verwachten telkens een slecht stuk weg maar het blijft goed. De weg is wel hobbelig en daardoor kunnen we niet lekker doorrijden. Dat heeft dan ook tot gevolg dat we laat aankomen in Zangye.

Jason besluit niet mee te gaan eten.

We hebben de laatste tijd erg veel lol met Jason en vooral ¡¯s avonds genieten we volop van het lekkere eten wat hij besteld. Nu staan we er alleen voor. We lopen het eerste de beste restaurant in wat druk is en er schoon uitziet. Bij binnenkomst blijkt het personeel geen engels te spreken. Dat wordt lachen Mies, grapt Elles al. De Chinese menukaart helpt niet echt veel en we proberen duidelijk te maken dat we Gongboa Chicken (hete kip met pinda¡¯s) willen. Zonder succes want begrijpen doen ze het niet. Dan maar het restaurant doorlopen en bij andere tafels aanwijzen wat ons lekker lijkt. De klanten vinden het geweldig en ook wij hebben erg veel schik.

We besluiten de dag te vieren met een biertje. We wijzen een groene fles aan en wachten gespannen af op wat voor eten we geserveerd krijgen. Als we proosten op weer een succesvolle dag verslikken we ons beiden. Shandy¡­? Mijn god.. als we al geen biertje kunnen bestellen hoe zal het eten dan zijn. Het eerste gerecht gaat goed: de bestelde Gongbao Chicken blijkt inderdaad hete kip met pinda¡¯s te zijn. Maar dan komt het volgende bordje en vol afschuw kijken we naar het bordje vol met varkensingewanden. Het ziet er niet alleen vies uit, het ruikt ook nog eens verschrikkelijk. Het gehele personeel inclusief alle gasten in het restaurant die we er aan het begin zo leuk bij hadden betrokken, kijken vol verwachting naar onze eerste happen. Wat te doen. Dit wilden we toch echt niet. Knor knor… grapt michel nog….. Moet ik wat opscheppen el? Onder toeziend oog van een heel restaurant vissen we met onze stokjes een stuk darm van het bordje. Op hoop van zegen, Mies! Ranzig is een goed woord¡­ smerig misschien beter.. walgelijk het best. De stukken zijn jammer genoeg zo taai en zo groot dat het gigantisch lang duurt voor we het eindelijk weg hebben.

Sorry el… jammer als we ze teleurstellen, maar zullen we het lekker bij de kip houden? We lachen wat schaapachtig naar alle belangstellenden en concentreren ons op het eten van de kip!

Morgen mag Jason weer bestellen!