Turkije

Grenspost Turkýje!

Het kale landschap van Noord Griekenland ziet er maar bijzonder ongezellig uit. In ongeveer vier uur rijden we naar de Turkse grens met om ons heen alleen maar wat kale glooiende soms industriële landschappen. We zijn opgewonden om naar Turkije te gaan, misschien zelfs wel een beetje zenuwachtig. Hoe is Turkije en nog spannender hoe zal de douane straks omgaan met ons ‘hippie’ busje vol met stickers. Als ze onze camper willen checken zullen ze uren bezig zijn om zich door alle rommel heen te spitten. En dat zou tevens betekenen dat we pas heel laat in Istanbul zouden aankomen (en we hebben onszelf voorgenomen om niet na zonsondergang te rijden, dus duimen we hard dat ze het busje door de vingers zien).

Nog voor we bij de grens zijn aangekomen worden we al gestopt om een formulier te tekenen. Het blijkt een gezondheidsverklaring te zijn die we moeten tekenen waarin we aangeven de afgelopen weken niet in SARS landen zijn geweest. Nadat we het hebben ondertekend rijden we door richting de Griekse douane. Met een vlotte blik op onze paspoorten en een blik op de bus krijgen we het goedkeurende knikje en rijden we de we door richting het stukje ‘no-mans-land. Een spookachtige brug met goed uitgeruste militairen (inclusief enorme mitrailleurs) met halverwege de brug de officiële Grieks-Turkse grens gemarkeerd door enorme vlaggen. We besluiten een van de militairen te vragen of we een foto mogen maken van het bord dat de grens markeert. We krijgen een kort goedkeurend knikje en daar blijft het bij. We springen uit de auto om de foto te maken en willen natuurlijk samen op de foto. Als we aan hem vragen of hij de foto wil maken krijgen we een boze nee knik. Ok, jammer… het was te proberen. We maken een foto van elkaar en springen in de bus. Nu maar hopen dat we niet teveel aandacht hebben gevraagd van de Turkse grensbeambten. Met 20 km per uur rijden we de brug over. De eerste Turkse grensbeambte inspecteert onze paspoorten nauwkeurig en laat ons daarna doorrijden. Overal staan zwaar bewapende mannen die de sfeer een beetje grimmig maken. Het lijkt net of we langs Check Point Charlie moeten, Oost berlijn in.

De volgende beambte controleert weer onze paspoorten en vraagt of we een visum willen kopen in het gebouw ernaast. Voor 10 eurootjes de man zijn we een sticker in ons paspoort rijker. Daarna krijgen we er van de eerdere beambte een mooie stempel op en Michel een aantekening voor het invoeren van de bus. Daarna rijden we door naar wat we denken de laatste controle maar helaas…. We moeten terug voor een computerformulier. We hopen niet dat ze de bus alsnog gaan controleren. De autopapieren worden gecheckt en we moeten 8 euro betalen voor god weet wat. We hopen dat het hier bij blijft maar helaas worden we doorgestuurd naar een volgende man.

– Hebben jullie iets aan te geven?

– (mmmmhhh, laptop, camera’s….) nee hoor

– wat is jullie auto

– (ok, nu zijn we het bokje…) die witte camper met al die stickers

– aah.. kennewood… autoweek… tis goed.. jullie mogen gaan..

Zo snel als we konden sprongen we in de auto en passeerden de laatste checkpoint. Een paar honderd meter verder maakten we een paar foto’s voor op de homepage en konden we naar Istanbul gaan rijden.

We ontdekten meteen een groot verschil met Griekenland. De Euro is ingeruild voor de Lira, de wegen zijn weer een tikje slechter, paard en wagen op de snelweg en natuurlijk weer nieuwe rij technieken. In Griekenland was het nog normaal om op de vluchtstrook te rijden, hier kun je dat beter niet meer doen. De vluchtstrook is een slecht onderhouden baan met enorme gaten in de grond. Maar helaas hebben de Turken nog wel steeds dezelfde rijstijl als de Grieken, ze halen graag in op een eenbaansweg.

We keken uit naar de, in der reisboeken beschreven, prachtige skyline van Istanbul maar we konden m niet vinden. We moesten het doen met een enorme smoglaag boven een te vol gebouwde stad met overal en overal auto’s, bussen en vrachtverkeer. Misschien dat we het morgen anders zien maar wij zijn nog niet overtuigd van de ‘beauty’van deze immense stad. Natuurlijk namen we aan het eind van deze lange rijdag ook nog eens de verkeerde afslag waardoor we enorm moesten omrijden maar uiteindelijk hebben we een camping gevonden. Pfewwwww…we hadden het gehaald.. en dat zonder een schrammetje te krijgen op de camper.